Verslag van de bezinningsdag 26 november 2022 'Op weg naar kerstmis': Waar staat het echte kerstverhaal?

Inleider was Just van Es, godsdienstfilosoof. Hij was o.a. docent aan verschillende universiteiten in Nederland en Indonesië, ziekenhuispredikant in Heemstede en predikant in Wassenaar.


De evangeliën in de bijbel hebben alle vier een heel verschillend begin. Hoe ‘de zoon van God’ bij de mensen komt – wat we met Kerst vieren – daar vertellen die vier allemaal een verschillend verhaal over. En de kerk wilde er niet maar één opnemen als het ene verhaal. Op deze bezinningsdag legden we die vier beginnen naast elkaar. We gingen op zoek naar de verschillen en wat daaruit spreekt. Vier mensen, vier visies. Om ons te helpen de onze erbij te doen.

Het oudste evangelie is van Marcus (ca. 65-70 na Chr.), dan volgen Mattheus en Lucas (ca. 75-90 na Chr.) en van Johannes is het jongste evangelie (rond 90-100 na Chr.). We zien dat alleen Matteus en Lucas een geboorteverhaal vertellen. 

Marcus schrijft over Johannes de Doper, die mensen doopt in de Jordaan. Daarbij noemt hij Jezus voor het eerst, als Hij ook gedoopt wordt; Jezus is dan een volwassen man. Johannes heeft een meer mystiek begin over het Woord dat in het begin bij God was en waardoor alles is ontstaan; het Woord van God is iets wat schept, vrijmaakt. Ook hij noemt Jezus voor het eerst als Hij gedoopt wordt in de Jordaan. Lucas noemt de doop van Jezus ook, maar begint met het geboorteverhaal. De doop wordt bij hem gevolgd door een uitgebreide afstammingslijst van Jezus. Deze loopt van Jozef terug naar Adam en is bedoeld om duidelijk te maken dat het hier gaat om de Zoon van God.

Mattheus begint niet meteen met de geboorte van Jezus, maar de weg er naar toe, door eerst een afstammingslijst van Jezus te geven, vanaf Abraham tot aan Jozef. Deze is bedoeld om het koningschap van Jezus aan te geven. Vervolgens beschrijft hij hoe Jozef van een engel hoort over het bijzondere kind Jezus, dat Maria draagt. Dan gaat hij direct over naar de geboorte van Jezus in Bethlehem in Judea in het Zuidrijk (Israel was al eeuwen verdeeld in een Noord- en een Zuidrijk). Daar komen de magiërs uit het oosten Hem, de nieuw geboren koning, bezoeken. Na dit bezoek hoort Jozef van een engel dat zij naar Egypte moeten vluchten om te ontsnappen aan de dodelijke jacht van Herodes. Na de dood van Herodes durven zij niet terug te gaan naar Bethlehem, omdat zij de zoon van Herodes niet vertrouwen. Ze gaan naar Nazareth in Galilea (Noordrijk) waar Jezus opgroeit.

Lucas begint met de vermelding dat hij alle gebeurtenissen nauwkeurig op schrift wil zetten. Dit zegt hij tegen zijn leerling Theofilus. Deze naam betekent ongeveer 'vriend van God' of 'liefhebber van God' en staat waarschijnlijk symbool voor alle christenen. 
Hij beschrijft eerst de aankondiging aan Zacharias dat Elisabeth een zoon zal krijgen, Johannes. Dan volgt de aankondiging aan Maria dat zij zwanger zal raken van een zoon die Jezus zal heten en ook ‘Zoon van God’ genoemd zal worden. Nadat Johannes geboren is, volgt in Lucas 2 het vertrek van Jozef en Maria naar Bethlehem in Judea, waar Jezus geboren wordt. Door een engel krijgen de herders als eerste hiervan te horen en zij bezoeken Hem en loven God. Daarna brengen Jozef en Maria Jezus naar Jeruzalem (ook in Judea, Zuidrijk) om Hem in de tempel aan God toe te wijden. Vervolgens gaan zij terug naar hun woonplaats Nazareth in Galilea.

Uit de evangeliën van Mattheus en Lucas is het kerstverhaal ontstaan zoals wij dat kennen. Ze zijn samengevoegd tot één verhaal: Jezus wordt geboren in Bethlehem, de herders komen Hem aanbidden, daarna komen de magiërs/koningen uit het oosten en dan volgt de vlucht naar Egypte. 

Nadat dit alles was besproken en van een aantal kanttekeningen en nadere uitleg was voorzien, gingen we in groepjes bij elkaar zitten. We spraken o.a. over bij wie we ons het meest thuis voelden: bij de herders of de koningen, of misschien meer bij Jozef of Maria. Er volgde goede, interessante gesprekken met vaak persoonlijke verhalen. De middag werd afgesloten met een mooie vesperviering.